In de veertiende eeuw wordt nabij Boxtel de buurtschap Hal of Hall reeds in oude bronnen vermeld. Deze was gelegen in een bocht van het riviertje de Essche Stroom. In 1453 was er al sprake van een Halstraat en in 1470 bestond er een brug over de Essche Stroom met de naam de Halse Brug. Daarbij bevond zich, behalve een belangrijke hoeve , toen al een brouwerij met herberg.
Al voor 1500 werd er hop geteeld in Hal. Ook dat wijst op locale brouwactiviteiten. De eerste brouwer die in de archieven wordt genoemd is zekere Steven van Brogel. Rond 1500 heerste in het gebied grote economische bloei die mede werd veroorzaakt door grote aantallen pelgrims die naar Boxtel reisden.
De doorgaande wegen waren veelal zandpaden. Maar in 1741 werd begonnen met de aanleg van de Steenweg van ’s-Hertogenbosch naar Eindhoven (nu de A2) en verder via Hasselt naar Luik. De nieuwe weg leidde tot nieuwe bloei en bedrijvigheid. Toen werd ook het huis De Halsche Barrier gebouwd, waarvoor een oud vervallen huis werd afgebroken . De brouwerij wordt in oude bronnen vermeld. Aan de overkant was vanouds een herberg gelegen. Het huis diende ten behoeve van van de gemeente ’s-Hertogenbosch tevens als tolhuis met een tolboom over de Steenweg.
Ter plaatse ontwikkelde zich in de loop der tijd een landgoed dat thans voor een deel nog bestaat. Willem en later Hubert van Leeuwen verwierven landerijen en gronden. Langs de straatweg werden hoogopgaande bomen geplant.
De familie van Leeuwen bezat grote percelen grond onder Boxtel-Esch, waaronder het huis De Halsche Barrier. In 1829 begon Willem van Leeuwen met de exploitatie van de brouwerij . Hij overleed in 1846 op de leeftijd van 70 jaren. De brouwerij werd voorgezet door zijn familie en kwam tot grote bloei. Het predicaat Koninklijk werd verleend.
Van heinde en verre kwam men voor het bier dat zeer geroemd werd. De vaten werden per paard en wagen afgeleverd, tot in Holland toe. In de herberg overnachtten vele reizigers.
Omstreeks 1850 werden parken en bossen in de omgeving aangelegd. Op het landgoed werd een vijver gegraven waarvan het water door de brouwerij werd opgepompt en gebruikt voor het brouwen van bier.
In 1892 kwamen de Witte Paters naar Boxtel en vestigden zich in het klooster St. Charles in de nabijheid van de Halsche Barrier. Hun kapel werd door de bewoners van Hal druk bezocht. Een Hals geheim was dat op zomerse dagen de kloosterlingen kwamen zwemmen in de vijver op het landgoed! In 1988 werd het klooster afgebroken toen de Rijksweg werd uitgebouwd.
Toen Willems neef Hubert de leiding van het bedrijf over had genomen ,werd in juni 1881 door de brouwerij vergunning gevraagd “tot de oprichting en plaatsing van een stroomwerktuig van 4 pk”. Hubert was maatschappelijk zeer actief. Hij was lid van de Staten van Noord-Brabant, en reisde reeds in die tijd naar het midden-oosten voor de financiering van ontwikkelingswerk.
Hubert van Leeuwen overleed op 26 0ktober 1917. Hij was ongehuwd. De brouwerij werd voortgezet door zijn nicht Maria Theresia Van Heeswijk, echtgenote van Alphons Jurgens. Zij was de dochter van Petronella van Leeuwen, zuster van Hubert. Haar vader en grootvader waren voorheen brouwers te Vught.
Later is de brouwerij gesloten en werd het landgoed met de gebouwen van de brouwerij verkocht. Eigenaresse werd de Tilburgse textiel familie Janssens. Een groot deel van het landgoed is thans ondergebracht in een Stichting van deze familie : “De Halse Barrier”.!
Nazaten van Maria Theresia Jurgens-van Heeswijk hebben het initiatief genomen om de brouwersactiviteiten van De Halsche Stoombierbrouwerij weer tot leven te wekken en daarmee een familietraditie in ere te houden.
De herberg en de brouwerij zijn omstreeks 1965 afgebroken voor de aanleg van de Rijksweg. Het Huis De Halsche Barrier staat er nog, al is het in 2012 achter een geluidsscherm naast de huidige autosnelweg uit het zicht geraakt, evenals het er naast gelegen huis De oude Tol. De vroegere Steenweg doet nu dienst als ventweg, en daarover zijn de huizen goed bereikbaar gebleven.